De aanval op ‘desinformatie’ is begonnen. Minister van Binnenlandse Zaken Kajsa Ollongren maakte vorige week in een brief aan de Tweede Kamer duidelijk wat haar strategie wordt voor de komende Tweede Kamerverkiezingen. Ze wil de impact van desinformatie minimaliseren. Wat desinformatie is wordt niet gedefinieerd. Omdat de overheid niet kan bepalen wat desinformatie is, wordt een externe partij aangesteld om dit te bepalen. Betaald door de overheid.
Hybride oorlogen
Desinformatie is dus een hot topic. Recent maakte de NRC bekend dat Defensie afgelopen maart in het geheim een nieuwe inlichtingenorganisatie heeft opgericht, het Land Information Manoeuvre Centre (LIMC). Het is een organisatie die zonder wettelijk mandaat de eigen bevolking in de gaten houdt. Het doel van de organisatie is tweeledig.
Ten eerste monitort ze de reacties van de bevolking rondom de Covid-maatregelen. Ten tweede worden desinformatie en alternatieve media in kaart gebracht, want Defensie stelt dat er sprake is van ‘hybride’ oorlogen. Moderne oorlogsvoering vindt voornamelijk digitaal en in de hoofden van mensen plaats. Media die in de gaten worden gehouden zijn onder andere Viruswaarheid, Café Weltschmerz en Gezond Verstand. Ook brengt het LIMC in kaart hoe ‘alternatieve’ groeperingen zich tot elkaar verhouden.
Regering en Defensie zijn dus ongerust. Alternatieve visies op de werkelijkheid worden met diep wantrouwen bekeken. Ze vinden dat een democratie alleen maar kan gedijen in een klimaat waarin sprake is van een breed gedeeld verhaal onder de bevolking. En hier is iets mee aan de hand. Want klopt het verhaal dat ons wordt voorgeschoteld over de werking van onze democratie en het overheidsoptreden eigenlijk wel?
Een sleets verhaal
Dit is het verhaal dat ons decennialang is verteld: we leven en werken in een sociaal-liberale democratie. Eens in de vier jaar kiest de bevolking een nieuw parlement en een nieuwe regering volgt uit de nieuwe stemverhoudingen. De media treden op als waakhond van de macht. Het ordenende principe is na de val van het communisme in 1991 de kapitalistische economie. De harde kantjes worden er door politieke interventie en toezicht afgeschaafd. Banken en andere financiële partijen worden streng gereguleerd. Het verhaal klopt echter niet.
De kennis over het functioneren van het landsbestuur is in toenemende mate uitbesteed aan Europees en mondiaal opererende technocraten. Dit geldt voor monetaire kennis, financiële kennis, geopolitieke kennis, ict-kennis, eigenlijk alle soorten kennis die je nodig hebt om een land goed te kunnen besturen. In nationale parlementen is hierdoor steeds meer sprake van een veredelde vorm van dorpspolitiek. De mainstream media zitten op de schoot van de macht. Er is een kennis- en verantwoordingslacune ontstaan in het hart van onze democratie.
In de stemhokjes kan het volk nog wel stemmen, maar er valt niet veel meer te kiezen. Na de verkiezingen verdwijnt de stem op een grote hoop en het beleid van voorgaande regeringen wordt min of meer onverkort voortgezet. De status quo regeert, het contact met de kiezers raakt verloren.
De geldboom van technocraten
Financiering van de verzorgingsstaat was altijd een zorgenkind. Pas nadat financiële markten in de jaren tachtig werden gedereguleerd, ontstond nieuwe bestedingsruimte. Maar de afstand tussen de bevolking en de bestuurlijke elite werd erdoor vergroot.
De band tussen banken en spaarders verdween. Spaargeld werd minder belangrijk, banken konden immers op grote schaal lenen op de kapitaalmarkt. Bankfilialen verdween pardoes uit het straatbeeld. Ook de band tussen overheden en de bevolking werd doorgesneden. Waar voorheen de overheid met de pet rond moest om publiek geld uit te geven, konden ze vanaf de jaren negentig uitbundig lenen op de kapitaalmarkt.
De reële economie werd aan strenge regels gebonden, in de financiële economie heerste de vrijheid van het wilde westen. Financiële markten namen in omvang toe en kredietcreatie werd de aanjager van economische groei, gestegen aandelenkoersen en vastgoed waarderingen. Door de ook toegenomen belastinginkomsten zat er steeds minder rem op overheidsuitgaven. Overheden en financiële markten maken sinds de jaren ’80 als het ware gebruik van een onzichtbare geldboom.
Technocraten zijn zich gaan ontfermen over de werking van dit complexe financiële systeem, terwijl de uitbundige kredietcreatie en snel stijgende welvaart de politieke strijd om schaarse middelen naar de achtergrond heeft gedrukt. Een uitdijende groep niet ter verantwoording te roepen functionarissen kreeg de touwtjes stevig in handen, terwijl de bevolking in slaap werd gesust. We hadden het toch goed?
Het mainstream verhaal ontspoort
Door de lockdowns om Covid-19 te bestrijden stagneert de economie, krimpen de belastinginkomsten en gaan overheidsuitgaven door het dak. Mondiaal zijn de schulden inmiddels zo ver opgelopen, dat banken spreken van een schuld-tsunami. Het pad om er economisch uit te groeien is voor veel landen afgesloten, alleen afschrijven van schulden is nog een optie. Dat betekent dat er moet worden afgeschreven op vermogens. Pensioenfondsen zullen het gaan merken.
Er ontstaat een tweedeling tussen een politieke en maatschappelijke elite die voort wil gaan op de huidige weg en een midden- en onderklasse die niet meeprofiteert van de welvaart. Als de reële welvaart verder achteruit gaat komt de status quo in gevaar. Een democratie functioneert namelijk alleen goed als er sprake is van economische groei waar iedereen van profiteert. De elite die wel vaart bij de status quo raakt steeds meer grip kwijt. De traditionele aanhang is gaan twijfelen.
Het verhaal dat de elite over onze democratie vertelt spoort niet meer met wat we om ons heen zien gebeuren. Het is een ontmaskering. Mensen zien steeds vaker zaken die niet kloppen. Verandering van spelregels tijdens het spel, bewindslieden die wegkomen met gedrag dat voor gewone mensen strafbaar is, zelfverrijking aan de top, onbetrouwbare instituties, geprivatiseerde winst, gesocialiseerd verlies.
Op zoek naar een nieuw verhaal
Door gebrek aan een coherent en vertrouwenwekkend verhaal gaan mensen op zoek naar nieuwe waarheden. Dat maakt de elite ongerust. Ollongren gaat nu de alternatieve media controleren. Het LIMC is opgericht om de eigen bevolking in de gaten te houden. Het is de omgekeerde wereld.
Beter zou de overheid het eigen functioneren onder de loep nemen. Beter ook zou het de technocratische elite in kaart brengen. Inzicht in de werking en effecten van ontransparante en ondemocratische organisaties zal de eerste stap zijn op weg naar een nieuw verhaal.
Nog beter zou het zijn als onze overheid maatregelen treft die ons land weerbaarder maken tegen een schuldencrisis. Geen noodwet maar wegnemen van kwetsbaarheden en inzetten op draagvlak. Het zou een nieuw verhaal kunnen opleveren waar we weer met z’n allen in geloven.
Dit artikel verscheen eerder op Wynia’s Week van Syp Wynia