De ABN Amro brengt vanaf 1 juli extra kosten in rekening voor het opnemen van contant geld. Wie meer dan €10.000 aan contanten per jaar wil opnemen moet voor het bedrag boven die grens €5 per transactie betalen, plus een half procent van het opgenomen bedrag. Voor het storten gaat de bank vanaf €10.000 een tarief van €5 per transactie plus 1% van het gestorte bedrag hanteren. Op dit moment is dat nog een half procent van het gestorte bedrag. Door deze kosten te verhogen probeert de bank het gebruik van contant geld actief te ontmoedigen.
Voor studenten en jongeren gelden dezelfde tarieven, maar zijn de limieten met respectievelijk €6.000 en €2.000 een stuk lager. De bank gaat klanten informeren wanneer ze op 50%, 75% of 95% van deze grens zitten. Consumenten die bij voorkeur contant geld gebruiken en ondernemers die veel cash ontvangen worden door deze aanpassing dus opgezadeld met hogere kosten. De ABN Amro neemt deze maatregel om het gebruik van contant geld voor grote transacties te ontmoedigen. Zo denkt de bank een bijdrage te kunnen leveren aan de bestrijding van fraude en witwassen.
ABN Amro rekent hogere kosten voor het opnemen en storten van contant geld (Bron: ABN Amro)
Financiële repressie
De laatste jaren gaan overheden en banken steeds verder in het ontmoedigen van contant geld. Door het anonieme karakter leent cash zich namelijk goed voor financiële criminaliteit, zoals fraude en witwassen. Dat is echter niet de enige reden, want cash blijkt ook een populaire vluchthaven in tijden van crisis. Over contant geld betaalt u immers geen negatieve rente. Ook is het tegenpartijrisico van cash kleiner dan met een tegoed op een bankrekening. Als een bank omvalt krijgt u boven de €100.000 geen geld meer terug van het depositogarantiestelsel. Dat probleem heeft u niet met contant geld. Ook kunnen banken in ene extreem scenario het opnemen van geld beperken, zoals in Griekenland en Cyprus gebeurde tijdens de Europese schuldencrisis.
Dit verklaart ook wel waarom er tijdens de kredietcrisis van 2008 - en ook tijdens de coronacrisis van 2020 - opeens zoveel meer contant geld in omloop kwam. Bezorgde spaarders haalden meer geld van hun rekening om zich in te dekken tegen een mogelijke bankencrisis. Die kwam er gelukkig niet, maar het liet wel zien dat contant geld nog steeds een belangrijke rol vervult als alternatieve veilige haven. We gebruiken contant geld weliswaar steeds minder als betaalmiddel, maar juist meer als vluchthaven.
Contant geld
Nu banken steeds meer negatieve rente doorberekenen aan spaarders proberen ze een vlucht naar contant geld te ontmoedigen. Het is dus niet vreemd dat banken als ABN Amro de kosten voor het opnemen en storten van contant geld steeds verder verhogen. Waarschijnlijk zullen andere banken dit voorbeeld volgen en eveneens meer kosten in rekening gaan brengen voor de verwerking van cash. Daardoor wordt het duurder om met contant geld te betalen.
Ook de overheid probeert het gebruik van contant geld te ontmoedigen. Vorig jaar kwam er een wetsvoorstel om contante betalingen boven de €3.000 te verbieden. Door het vallen van het kabinet zijn deze plannen op de lange baan geschoven, maar uiteindelijk zullen deze plannen opnieuw op tafel komen. Op Europees niveau proberen overheden het gebruik van contant geld voor grote transacties te ontmoedigen. Zo verlaagde Duitsland vorig jaar de limiet voor aankopen van edelmetalen met contant geld van €10.000 naar €2.000.
Dit artikel verscheen eerder op Goudstandaard