De Turkse luchtmacht heeft dit weekend verschillende luchtaanvallen uitgevoerd in het noorden van Syrië, een regio waar veel Koerdische strijders zitten. Bij deze luchtaanvallen werd ook het militaire vliegveld van Menagh geraakt, een vliegveld dat volgens de Turkse krant Hurriyet door de Amerikanen gebruikt wordt om wapens te leveren aan de Koerdische strijders.
De Turkse president Erdogan heeft zijn luchtmacht opdracht gegeven verschillende doelwitten in het noorden van Syrië uit te schakelen, meer specifiek in de regio van Afrin. Volgens de meest recente berichten zijn er bij deze luchtaanvallen tien mensen gewond geraakt.
Erdogan opende de aanval op de Koerdische strijders in Syrië, omdat deze volgens hem een bedreiging vormen voor de veiligheid van Turkije. De militaire confrontatie tussen Turkije en de Koerden is een reactie op de plannen van de Verenigde Staten om een legermacht van 30.000 Koerdische strijders in het noorden van Syrië op te bouwen.
Lees ook: