Meer dan de helft van alle banken in de wereld kan bij een volgende crisis in de problemen komen, omdat hun winstgevendheid onvoldoende is om de kosten van het vermogen te dekken. Dat schrijft onderzoeksbureau McKinsey in haar nieuwste Global Banking Annual Review 2019. Niet alleen is de winstgevendheid van veel banken sinds de financiële crisis van 2008 afgenomen, ook zijn de meeste banken te klein om een nieuwe crisis te weerstaan.
Volgens het onderzoeksbureau staan vooral banken in Europa en in Azië er nu slecht voor. In opkomende economieën is het rendement op materieel vermogen bijvoorbeeld gedaald van 20% in 2013 naar 14,1% in 2018. Dat is het rendement op vermogen exclusief het ontastbare vermogen, zoals goodwill. In ontwikkelde economieën steeg dat percentage in dezelfde periode weliswaar van 6,8% naar 8,9%, maar ook dat is in een crisis niet toereikend. Een langdurig lage economische groei met lage of zelfs negatieve rente kan veel problemen opleveren.
Risicomanagement, productiviteit en omzetgroei
Volgens McKinsey kunnen de banken zich voorbereiden op slechtere tijden door hun risicomanagement, productiviteit en omzetgroei te verbeteren. Banken zouden meer gebruik kunnen maken van kunstmatige intelligentie en geavanceerde analyses om hun risicomanagement te verbeteren. Ook moeten zij meer kostenreducties en hervormingen doorvoeren en taken verder automatiseren.
Ongeveer een derde van alle banken wereldwijd heeft volgens het onderzoeksbureau onvoldoende schaal of bevindt zich in een ongunstige markt. Deze banken moeten drastisch hervormen. Doen ze dat niet, dan is een fusie of overname de meest waarschijnlijke optie. Bij 60% van de banken wordt volgens McKinsey momenteel geen waarde gecreëerd, maar vernietigd. Hun voorbestaan is daarom onzeker, indien er een nieuwe crisis komt zoals die van 2008.