Sinds de Amerikaanse presidentsverkiezingen wordt er veel gesproken over 'nepnieuws', een verzamelnaam voor allerlei uitingen in de media die de publieke opinie kunnen beïnvloeden. Zo zou president Trump zijn overwinning op Clinton mede te danken hebben gehad aan negatieve publiciteit over zijn politieke tegenstander, publiciteit die in opdracht van het Kremlin naar buiten zou zijn gebracht.
Wat is er waar van deze verhalen? En is het alleen Rusland die de publieke opinie in het Westen probeert te manipuleren of maken de Amerikanen zich daar even goed schuldig aan? En hoe verschillende de technieken waarmee beide de publieke opinie proberen te bespelen? Eric van de Beek, redacteur bij Novini en mede-auteur van het boek Nepnieuwsexplosie, ging hierover bij Café Weltschmerz in gesprek met Teun Gautier.
Volgens Eric van de Beek kun je bijna stellen dat iedere oorlog begint met nepnieuws. Als voorbeeld noemt hij de oorlog in Irak, die begonnen is op basis van verdenkingen dat Irak onder leiding van Saddam Hussein over massavernietigingswapens beschikte. Die wapens werden uiteindelijk nooit gevonden. Verschillende media hebben daar volgens van de Beek later hun excuses voor aangeboden, maar dat kun niet voorkomen dat later ook Libië en Syrië werden aangevallen.
