Eind oktober neemt Mario Draghi afscheid van zijn functie als president van de Europese Centrale Bank. Gedurende zijn termijn van acht jaar heeft hij niet één keer de rente verhoogd, een dubieuze reputatie in de wereld van centrale banken. Ook kondigde hij vlak voor zijn vertrek een nieuw opkoopprogramma aan, terwijl datzelfde programma eind vorig jaar nog werd beëindigd. Waarom dat nodig is, dat is voor velen nog steeds een groot vraagteken. De rente op staatsobligaties is al ongekend laag en van deflatie is evenmin sprake.
Ook binnen de centrale bank kan niet iedereen zich vinden in het besluit dat eerder deze maand werd genomen. Klaas Knot van De Nederlandsche Bank sprak openlijk zijn onvrede uit over de aankondiging van een nieuw opkoopprogramma. Ook de gouverneur van de Oostenrijkse centrale bank had zijn bedenkingen bij het extreme rentebeleid.
Weerstand tegen de ECB groeit
Blijkbaar is er meer onenigheid binnen de centrale bank, want vorige week maakte Sabine Lautenschläger bekend dat ze haar functie als bestuurslid van de centrale bank vroegtijdig neerlegt. Na het vertrek van Axel Weber en Jurgen Stark in 2011 is zij de derde Duitser die haar functie bij de centrale bank neerlegt. De precieze reden van haar voortijdige vertrek - ze zou nog twee jaar zitten - is niet bekend, maar het heeft er alle schijn van dat ze om dezelfde reden weg gaat als die andere twee Duitsers, namelijk onenigheid over de koers van de centrale bank.
Weber en Stark vertrokken omdat ze het grondig oneens waren met het besluit van de centrale bank om staatsleningen te kopen. De ECB begon tijdens de Europese schuldencrisis op kleine schaal obligaties van de zuidelijke landen te kopen om te voorkomen dat zij afgesloten zouden worden van de kapitaalmarkt. De twee Duitsers vonden dat de centrale bank daarmee haar mandaat had overtreden en wilden geen verantwoordelijkheid meer dragen voor dat beleid.
Het vertrek van Lautenschläger komt vlak na de lancering van weer een nieuw stimuleringsprogramma, waarvan het nut al vanaf de eerste dag wordt betwijfeld. Dat roept de vraag op: Weet de ECB wel wat ze aan het doen is? Kan ze de gevolgen van dit monetaire beleid - en dan heb ik het nog niet eens over de negatieve rente gehad - wel overzien?
Federal Reserve zoekt richting
Aan de andere kant van de oceaan is de situatie niet veel beter. De Federal Reserve verhoogde de afgelopen jaren de rente, om halverwege tot het inzicht te komen dat de markt de andere kant op wil. Geconfronteerd met een handelsoorlog, een forse correctie op de aandelenmarkt en afnemende groeiverwachtingen besloot ze de rente twee keer te verlagen en de afbouw van haar balanstotaal te staken.
Deze beslissingen stonden een jaar geleden nog niet op de agenda. Sterker nog, de Federal Reserve was nog steeds in de veronderstelling dat de economie goed draaide en dat de rente omhoog moest om een oplopende inflatie in toom te houden. Jerome Powell, de voorzitter van de Federal Reserve, kon vorige week dan ook niet goed uitleggen waarom de rente opnieuw omlaag moest. De problemen op de repo markt - zie ook dit en dit artikel - werden door hem afgedaan als een niet al te belangrijk technisch probleem. En dat terwijl de centrale bank al zeker een half jaar van tevoren kon zien dat de liquiditeitspositie van banken onder haar ogen verslechterde.
Het zal ongetwijfeld niet makkelijk zijn om vandaag de dag centraal bankier te zijn. Het is een ondankbare taak, zeker als de markt uiteindelijk toch iets anders doet dan wat je verwacht. Centrale banken dachten een jaar geleden nog dat ze de situatie onder controle hadden gekregen, maar nu staan ze weer met lege handen. Met een rente op nul en met een opgeblazen balans kan de centrale bank niet veel anders meer doen dan meer van het zelfde. En steeds minder mensen geloven dat die strategie nog gaat werken...
Frank Knopers
Deze column verscheen eerder op Goudstandaard