Twee vooraanstaande figuren bij de ECB hebben zich onlangs zeer kritisch uitgelaten over het monetaire beleid van de centrale bank. Volgens voormalig hoofdeconoom Otmar Issing zorgt het beleid van de lage rente voor een 'zombificatie' van de economie, terwijl bestuurslid Ewald Nowotny vlak voor zijn vertrek bij de centrale bank waarschuwde voor een groeiende onbalans in de economie.
Voormalig hoofdeconoom Otmar Issing zei in een interview met de Duitse krant Welt am Sonntag dat hij vreest voor de negatieve effecten van meer monetaire stimulering. "De relatie tussen de rente en de besparingen is compleet uit balans. De lage rente houdt zwakke banken kunstmatig in stand, waardoor ook zwakke bedrijven en hun leningen in stand worden gehouden. Hoe langer dit doorgaat, hoe moeilijker het wordt om dit zonder problemen te stoppen."
Issing waarschuwt voor een 'zombificatie' van de economie als gevolg van de lage rente. Ook voorziet hij grote problemen voor spaarders en pensioenfondsen, die door de lage rente nog maar moeilijk rendement kunnen halen. Zij worden daardoor gedwongen nog meer geld opzij te zetten. Ondertussen worden overheden door de negatieve rente in de verleiding gebracht nog meer geld te lenen, met alle gevolgen van die als de rente ooit weer gaat stijgen.
'Gevaarlijke onbalans'
Ewald Nowotny zei in een interview met de Wiener Zeitung dat de lange periode van vrede enerzijds veel welvaart heeft opgeleverd, maar anderzijds ook een enorme toename van de schulden. Een lange periode van vrede in de Westerse wereld na de Tweede Wereldoorlog heeft de economie in een gevaarlijke onbalans gebracht, aldus de centraal bankier.
"Het geluk van 74 jaar vrede heeft onvermijdelijk gezorgd voor een ongekende accumulatie van vermogen aan de ene hand en schulden aan de andere. In het verleden hebben oorlog en hyperinflatie dit probleem opgelost. Hoe we dit probleem kunnen oplossen zonder deze twee factoren is niet duidelijk."
Nowotny heeft in zijn tien jaar bij de ECB veel veranderingen gezien. Eerst werd de rente naar nul verlaagd om de economie te stimuleren. Daarna begon de centrale bank met een grootschalig opkoopprogramma en nu overweegt ze meer negatieve rente. Deze maatregelen hebben op korte termijn een impuls aan de economie gegeven, maar zorgden niet voor de gewenste inflatie van 2%.
In plaats daarvan zijn de ongewenste bijwerkingen van het monetaire beleid steeds meer zichtbaar geworden. Nowotny merkt op dat het monetaire beleid vooral gunstig was voor vermogende particulieren en overheden, ten koste van de gemiddelde spaarder. De kleine spaarder verliest ieder jaar aan koopkracht, omdat de inflatie veel hoger is dan de rente.
Dit artikel verscheen eerder op Goudstandaard