De coronacrisis heeft een diep gat geslagen in de overheidsfinanciën van Eurolanden. Volgens nieuwe cijfers van Eurostat zijn de staatsschulden in de muntunie in het eerste kwartaal van dit jaar verder opgelopen tot 100,5% van het bbp. Daarmee zijn de staatsschulden voor het eerst hoger dan de totale jaarlijkse economische productie. Griekenland spant de kroon met een staatsschuld van 209,3% van het bbp, maar ook Duitsland voldoet met een staatsschuld van 71,2% niet meer aan de oude begrotingsafspraken van het stabiliteits- en groeipact.
Door tal van steunmaatregelen schoten de overheidsuitgaven vorig jaar omhoog, terwijl de belastinginkomsten daalden. Om de economie tijdens de lockdown overeind te houden besloten overheden veel meer geld uit te geven. Ondernemers kregen compensatie voor gemiste inkomsten, terwijl de zorguitgaven door de pandemie eveneens flink stegen. In een jaar tijd steeg de totale staatsschuld van alle eurolanden samen met meer dan €1.000 miljard. Als percentage van de economie van de Eurozone steeg de schuld van 86,1% naar 100,5%.
Staatsschulden eurozone naar record
Binnen de muntunie zijn er grote verschillen in schuldquote. De hoogste staatsschulden vinden we in Griekenland (209,3%), Italië (160%), Portugal (137,2%), Spanje (125,2%) en Frankrijk (118%). Dit waren de landen die tijdens de Europese schuldencrisis nog in grote moeilijkheden verkeerden. Griekenland dreigde toen de toegang tot de kapitaalmarkt kwijt te raken, terwijl andere landen hoge rentes moesten betalen om geld te lenen.
Duitsland (71,2%) en Nederland (54,9%) hebben een minder hoge staatsschuld, maar voor Nederland geldt dat de private schuld zeer groot is. Zo staat Nederland bijna aan kop als het gaat om hypotheekschulden. Voor de Europese Unie als geheel zijn de schuldquotes iets lager. In een jaar tijd steeg de schuldquote van de EU van 79,2% naar een nieuw record van 92,9%.
Staatsschulden eurozone zijn inmiddels hoger dan het bbp (Bron: Eurostat)
Rentelasten dalen
Anders dan tijdens de Europese schuldencrisis lijkt niemand zich momenteel zorgen te maken over de enorme staatsschulden. Sterker nog, de rentes op staatsobligaties waren nog niet eerder zo laag. Landen kunnen tegenwoordig bijna gratis lenen, omdat staatsobligaties een belangrijke rol vervullen als veilige haven en als onderpand op de financiële markten. De ECB versterkt deze trend van dalende rente door op grote schaal staatsobligaties op te kopen. Sinds de lancering van het PEPP opkoopprogramma hebben centrale banken in de eurozone al voor €1.250 miljard aan staatsleningen uit de markt gehaald.
De staatsschulden stijgen, maar door de lage rente dalen de rentelasten. Volgens Fitch kunnen de financieringskosten van overheden in de Eurozone zelfs nog verder dalen, omdat de ECB naar verwachting langer doorgaat met een stimulerend monetair beleid. Uit de laatste strategische review kwam naar voren dat de centrale bank een hogere inflatie zal toelaten, zo lang deze op termijn maar rond de 2% blijft. Deze symmetrische inflatiedoelstelling geeft de ECB meer ruimte om langer door te gaan met het opkopen van staatsobligaties.
De lage rente heeft ook effect op uw vermogen. De spaarrente is laag en staatsobligaties leveren bijna geen rendement meer op. Spaarders doen er dus verstandig aan om hun vermogen te beschermen. Dat kan door geld om te zetten in tastbare activa als edelmetalen en vastgoed of in financiële activa zoals aandelen. Door de lage rente, oplopende inflatie en overheden die met geld strooien zijn deze alternatieven aantrekkelijker dan spaargeld.
Dit artikel verscheen eerder op Goudstandaard