De ECB gaat voorlopig niets doen om de inflatie te beteugelen. Dat zei Christine Lagarde, president van de centrale bank, op vrijdag. Volgens haar is de hoge inflatie in de eurozone van tijdelijke aard en zou een verkrapping van het monetaire beleid meer kwaad dan goed doen. Door het opkoopprogramma af te bouwen of de rente te verhogen zou ze het herstel van de economie schaden.
De inflatie in de eurozone steeg in oktober naar 4,1%, het hoogste niveau sinds 2008. Net als toen speelt ook nu de stijging van de energieprijzen een belangrijke rol in de prijsstijging van goederen. Het verschil met 2008 is dat er nu ook de nodige logistieke problemen bij zijn gekomen. Daardoor is er schaarste aan bepaalde goederen en grondstoffen, met prijsstijgingen tot gevolg. Ook zijn de transportkosten sterk toegenomen, vooral voor containervervoer over zee.
Inflatie in de eurozone (Bron: Trading Economics)
Al deze factoren zijn volgens Lagarde van tijdelijke aard en rechtvaardigen volgens haar geen aanpassing van het monetaire beleid. Zelfs niet nu de inflatie meer dan twee keer zo hoog is als de doelstelling van ongeveer 2%. Daarover zegt ze:
"Wanneer de inflatiedruk naar verwachting weer afneemt - zoals nu het geval is - dan heeft het geen zin om te reageren met een verkrapping van het monetaire beleid. Die verkrapping zou namelijk pas effect hebben nadat de inflatieschok gepasseerd is."
Opkoopprogramma blijft
De ECB zal op 16 december een besluit nemen over haar opkoopprogramma. De planning is nog steeds dat het noodprogramma (PEPP), dat aan het begin van de coronacrisis werd opgestart, geleidelijk wordt afgebouwd. Maar daarmee komt er geen einde aan het opkopen van staatsleningen, want dat gaat gewoon door onder het oude steunprogramma. Lagarde zei daarover:
"Zelfs na de verwachtte einddatum van het pandemic emergency purchase programme (PEPP) blijft het belangrijk voor het monetaire beleid om de economie te ondersteunen en de inflatie naar ons doel van 2% te brengen. Daaronder valt ook het kalibreren van het opkoopprogramma."
Eerder deze week schreven we al dat de ECB voor een groot dilemma staat met haar opkoopprogramma. Wanneer ze de steunmaatregelen afbouwt zal de rente van de zuidelijke eurolanden stijgen. Houdt ze vast aan het opkoopprogramma, dan wordt het moeilijker om de inflatiedoelstelling te halen. De ECB zet haar geloofwaardigheid op het spel door nog meer obligaties op te kopen, nu de economie groeit en de inflatie al te ver is opgelopen.
Vlucht naar voren?
Lagarde kiest voor een vlucht naar voren, in de hoop dat de inflatie snel weggaat. Maar of dat gaat gebeuren is nog maar zeer de vraag. Als de prijzen maar hard genoeg stijgen kan dat haar eigen dynamiek krijgen. Mensen kunnen hun bestedingspatroon erop gaan aanpassen, door nog meer geld om te zetten naar bezittingen die overheden niet bij kunnen drukken. Denk aan aandelen en cryptomunten, maar ook aan edelmetalen als goud en zilver. Dat zijn instrumenten waarmee mensen hun vermogen kunnen beschermen tegen een verdere uitholling van de koopkracht van het geld.
Dit artikel verscheen eerder op Goudstandaard