De verkoop van drie topwerken - van Gustav Klimt, Vincent van Gogh en Frida Kahlo - ter waarde van bijna 350 miljoen dollar benadrukt opnieuw hoe uitzonderlijk het hoogste segment van de kunstmarkt is geworden. Deze schilderijen behoren tot de zeldzame categorie meesterwerken die nog in particuliere handen circuleert, waardoor elke veiling direct een mondiale wedloop tussen verzamelaars en instellingen ontketent. De recordprijzen weerspiegelen niet alleen hun kunsthistorische waarde, maar vooral hun schaarste en de zekerheid die zij voor kopers vertegenwoordigen. Wat deze transacties vooral interessant maakt, is wat ze blootleggen: een marktsegment dat zich losmaakt van de bredere...
