Staatsobligaties worden tegenwoordig als risicovrije investeringen beschouwd. Ruim honderd jaar geleden gold dat ook voor Russische staatsobligaties en alle door de staat gegarandeerde investeringen in het land. Maar dat pakte anders uit. Het is een waarschuwing die we ons ter harte moeten nemen. En een les, namelijk dat goud zijn reputatie als rotsvaste belegging bevestigt.
In de tweede helft van de negentiende eeuw waren de Amerikaanse spoorwegaandelen populaire beleggingen, ook in Nederland. Na 1900 verschoof dat naar Russische spoorwegaandelen. In Rusland werd volop gebouwd aan het spoorwegnet. De industrialisatie kwam op gang. Voor de investeringen verstrekte Rusland staatsgaranties, waardoor het Russische tsarenrijk bekend stond als een zeer betrouwbare debiteur.
Staatsomwenteling
De Russische revolutie van oktober 1917 maakte een einde aan het bewind van tsaar Nicolaas II. Behalve voor het binnenland had de revolutie ook verstrekkende gevolgen voor het buitenland. En niet alleen voor de geallieerden, maar ook voor het neutrale Nederland. Zowel op militair als financieel terrein.
In Rusland waren de revolutionair-socialisten – de bolsjewieken – onder aanvoering van Vladimir Lenin aan de macht gekomen. Zij vormden een nieuwe Sovjet-regering die brood, vrede en vrijheid beloofde. Lenin en de zijnen sloten direct een voorlopige wapenstilstand met de Centrale mogendheden en kondigden aan de Russische staatsschulden voorlopig te annuleren.
Dat kwam vooral in West-Europa hard aan, want daar waren Russische staatsobligaties als belegging zeer populair. Ze brachten namelijk gemiddeld 0,5 tot 1 procentpunt meer rente op, terwijl de Russische staat in financieel opzicht bekend stond als zeer betrouwbaar. Na Groot-Brittannië en Frankrijk had Nederland hierin het meest geïnvesteerd.
Nederland
Het onheilsbericht bracht in ons land dan ook een grote schok teweeg. Niet bij de Rijkspostspaarbank en de pensioenfondsen, want die hadden geen Russische effecten omdat ze niet in het buitenland mochten beleggen. Wel leverde het grote problemen op bij talloze kleine, particuliere investeerders die voor meer dan 1,2 miljard gulden – ruim 5 procent van het Nederlandse bbp – in Russische staatsschulden belegd hadden. Dat was ongeveer een tiende van de totale Russische staatsschuld.
Het gonsde daarom in november en december 1917 van de geruchten. Ook de regering wist niet hoe het verder zou lopen. Rusland moest echter al snel weer een beroep doen op de buitenlandse kredietmarkt. Het land zou alleen geld krijgen als het voorlopige annuleringsbesluit werd ingetrokken. Daarom was er geen aanleiding tot ongerustheid.
De bankier, belegger en oprichter van de Haagsche Post, Salomon van Oss, schreef echter op vrijdag 11 januari 1918 dat het ene na het andere onheil volgde. Zoals het bericht in de kranten dat Rusland haar hele staatsschuld zou annuleren, wat ‘vandaag een grote daling van 4 à 10% ter beurze teweeg bracht; en zal mij duizenden guldens kosten, afgezien nog van mijn vooruitzichten bij diverse bejaarde familieleden, wier vermogen grotendeels in deze papieren belegd’ was.
Een Russische obligatie van 40 roebels uit 1917
Russische effecten werden waardeloos
Na maanden van geruchten en onzekerheid kwam op 3 februari 1918 officieel bericht dat de Russische staatsschuld definitief werd geannuleerd. De Russische Raad van Volkscommissarissen staakte alle rente- en aflossingsbetalingen. Alle leningen die ‘door de regeringen der Russische bourgeoisie’ waren opgenomen of gegarandeerd, verklaarden ze als ongeldig. Dat betekende dat talrijke Nederlanders een grote financiële strop leden en van de ene op de andere dag financieel geruïneerd werden.
De Tweede Kamer stelde vragen aan de minister van Buitenlandse Zaken. De Kamer wilde weten of naast staatsleningen ook door Rusland gegarandeerde particuliere leningen onder deze annuleringsmaatregel vielen. De Kamer vroeg de regering wat ze hiertegen dacht te doen. Kon de regering misschien beslag leggen op Russische eigendommen in Nederland?
De minister antwoordde op 13 februari dat niet alleen staatsleningen onder de Sovjet-maatregel vielen, maar ook alle andere leningen. De Nederlandse regering, zo deelde hij mee, zou protesteren tegen de voorgenomen annulering. Maar Rusland bleek geen tegoeden of onroerende goederen in Nederland te bezitten waarop beslag kon worden gelegd.
Nederlandse acties
De Vereniging voor de Effectenhandel richtte meteen een beschermingscomité genaamd 'Nederlandsche commissie voor de Russische fondsen' op, dat moest onderzoeken hoe groot de schade was. Deze kwam tot de conclusie dat er in Nederland voor 942 miljoen gulden was geïnvesteerd in Russische staatsleningen en door de staat gegarandeerde spoorwegleningen. Daarnaast waren er nog talrijke beleggers die rechtstreeks bij het ministerie van Financiën in Sint-Petersburg obligaties hadden gekocht.
In totaal werd de schade geschat op een kleine twee miljard gulden. De Nederlandse regering bood gedupeerde beleggers aan dat zij alle opbrengsten over Russische effecten over 1917 niet hoefden op te geven voor de inkomstenbelasting van 1918.
Maar dat bleek niet meer dan een doekje voor het bloeden. Op onderstaande grafiek is te zien hoe de Russische obligaties waardeloos werden.
Russische obligaties worden waardeloos
Goud biedt gelukkig uitkomst
Ondanks alle inspanningen van de Vereniging voor de Effectenhandel en de Nederlandse regering hebben gedupeerde beleggers in Nederland tot op de dag van vandaag nooit iets terug gezien van hun investeringen. In 1998 is voor het laatst even sprake geweest van het treffen van een regeling voor de gedupeerde Nederlandse beleggers. Tevergeefs.
De Britten wisten in 1986 wel een regeling – een schamele vergoeding van 10% - te treffen met de Russen. Dat lukte omdat Groot-Brittannië in 1918 direct beslag had gelegd op 48 miljoen pond sterling aan Russische tegoeden, waaronder ook een fiks deel van de Russische goudvoorraad die zich nog steeds in Londen bevond.
In 1997 wist ook de Franse regering een beperkte schadeloosstelling binnen te slepen. Dit lukte omdat ook Frankrijk nog geblokkeerde Russische goudvoorraden bezat, die ze als inzet kon gebruiken om een regeling te treffen. Waar goud al niet goed voor is!