Chinese kredietverlening groter dan gedacht

Chinese kredietverlening groter dan gedacht

China heeft aanzienlijk meer leningen verstrekt aan de rest van de wereld dan tot voor kort werd aangenomen. Dat blijkt uit een nieuw onderzoek van het Kiel Institute for the World Economy. In 2017 was de wereld meer dan $5 biljoen verschuldigd aan de Chinese overheid. Dat is ongeveer zes procent van het wereldwijde bbp. Veel van deze leningen zijn niet gerapporteerd aan internationale organisaties, wat betekent dat de wereldwijde schulden veel groter zijn dan eerder werd aangenomen.

Het onderzoek met de titel 'China's Overseas Lending' schijnt nieuw licht op de kredietverlening van China. Sebastian Horn (University of Munich, Kiel Institute), Carmen Reinhart (Harvard University) en Christoph Trebesch (Kiel Institute) verzamelden uit verschillende publieke en niet-publieke bronnen informatie over de totale Chinese kredietverlening. Ze brachten duizenden leningen in kaart die Chinese banken de afgelopen decennia aan in totaal 152 verschillende landen hebben verstrekt.

Meer dan $5 biljoen aan schulden

Uit het onderzoek komt naar voren dat de buitenlandse verplichtingen aan China in de periode van 2000 tot 2017 met een factor tien zijn gestegen, van meer dan $500 miljard naar ruim $5 biljoen. In verhouding tot het wereldwijde bbp stegen de buitenlandse schuldverplichtingen aan China van 1% naar meer dan 6%. Het gaat dan vooral om leningen die aan opkomende economieën zijn verstrekt.

Chinese staatsbanken zijn verantwoordelijk voor ongeveer een kwart van de totale kredietverlening van banken aan de opkomende economieën. Daarmee is China de grootste kredietverlener op dit gebied, groter dan Westerse instituten als het IMF en de Wereldbank. Voeg je daar de directe investeringen en kapitaalstromen aan toe, dan is het buitenlandse kapitaal van China al groter dan 8% van het wereldwijde bbp.

Buiten in de statistieken

Volgens de onderzoekers van het Kiel Institute for the World Economy is de helft van de Chinese leningen aan opkomende economieën niet opgenomen in de officiële statistieken. Ze komen niet voor in de cijfers van het IMF en zouden ook niet bekend zijn bij kredietbeoordelaars. Ook zijn deze leningen volgens de onderzoekers niet terug te vinden in de statistieken van private dataleveranciers als Bloomberg en Reuters.

Volgens Christoph Trebesch, hoofd van de onderzoeksafdeling 'International Finance and Global Governance' bij het Kiel Institute for the World Economy, is de omvang van de Chinese kredietverlening ongekend. Hij zegt daar het volgende over.

"China is altijd een actieve internationale kredietverlener geweest, die ten tijde van de Koude Oorlog grote bedragen heeft geleend aan communistische broederstaten. Maar de toename van de totale uitstroom van kredieten in de afgelopen twee decennia was bijna ongekend, alleen vergelijkbaar met de golven van officiële Amerikaanse kredietverlening in de nasleep van de Eerste en Tweede Wereldoorlog. China's internationale kredietverlening is vooral een gevolg van de snelle economische groei van het land, maar ook van het 'going global' beleid van de Chinese staat."

De vijftig landen die het meeste geld van China leenden - overwegend kleinere en armere landen - zagen hun verplichtingen aan China aanzienlijk toenemen, van 1% ten opzichte van hun bbp in 2005 tot meer dan 15% in 2016. Van alle schulden die deze vijftig landen aan het buitenland hebben is China met een aandeel van 40% de grootste schuldeiser.

China heeft op grote schaal leningen verstrekt aan opkomende economieën (Bron: Kiel Institute for the World Economy)

Schulden groter dan gedacht

Volgens Trebesch speelt de Chinese overheid een belangrijke rol in deze trend, aangezien de meeste leningen door staatsbanken zijn verstrekt. China leent het geld uit tegen marktconforme voorwaarden, maar vraagt in veel gevallen wel een onderpand. Ook zijn er veel kredieten verstrekt in ruil voor grondstoffen.

De laatste jaren heeft China veel leningen verstrekt voor projecten die verband houden met de nieuwe Chinese zijderoute. Denk aan de aanleg van wegen, spoorlijnen, havens en andere grootschalige projecten. Deze leningen zorgen voor meer economische activiteit, maar kunnen ook een risico vormen als de projecten zichzelf niet terugverdienen.

De bevindingen uit dit onderzoek zijn belangrijk voor investeerders en kredietbeoordelaars. Deze nieuwe cijfers over de Chinese kredietverlening kunnen immers invloed hebben op de beoordeling van de kredietwaardigheid van verschillende opkomende economieën. Trebsch zegt daar in een toelichting het volgende over.

"De combinatie van ondoorzichtigheid en een relatief hoge mate van anciënniteit brengt aanzienlijke risico's met zich mee in geval van een financiële crises. Een internationaal gecoördineerde reactie en eerlijke lastenverdeling onder alle schuldeisers wordt moeilijker te organiseren."

Redactie

Redactie

Dit artikel is geschreven door de redactie van Geotrendlines.

Lees alles van Redactie »